Elke goede tuingrond is geschikt voor de teelt van witlof, mits diep en voldoende voorzien van humus.
Te lichte of te zware grond kan bruikbaar gemaakt worden door toevoeging van compost of turf. Witlof verdraagt geen verse mest, het hoort dus thuis in het 2e kostuum. Er is een gemiddelde behoefte aan de drie belangrijkste voedingsstoffen fosfor, kalium en stikstof. Er zijn geen speciale vereisten voor de mestvorm. Naast de initiële stikstofbemesting van 5g N/m2 is een gelijkaardige topbemesting kort voor sluiting van de stand voldoende.
Vooral het diep losmaken van de grond is belangrijk, omdat witlof een lange penwortel krijgt. Teelt is mogelijk na alle soorten groenten, die het gebied begin juni ontruimen.