Artisjokken zijn relatief vorstgevoelig en moeten voorzichtig overwinterd worden.
In oktober worden de geoogste bloemstengels dicht bij de grond afgesneden en worden de bladeren samengebonden in een plukje. Daarna worden de planten bedekt met vuren kreupelhout en 20 opgestapeld met aarde tot 30 cm hoog. Om het risico van rotten te voorkomen, je moet vermijden om de grond rechtstreeks op de planten aan te brengen.
Het is gunstig bij vorstvrij weer, om de planten te ventileren, zodat er geen rotting optreedt. De beschermhoes is tot nu toe verwijderd, dat de frisse lucht de wortelhals kan bereiken. Bij kans op vorst moet deze natuurlijk weer afgedekt worden. Eind maart tot half april moeten de artisjokken weer worden blootgelegd en moeten alle, behalve de drie sterkste scheuten, worden verwijderd.